sensagent's content

  • definitions
  • synonyms
  • antonyms
  • encyclopedia

Lettris

Lettris is a curious tetris-clone game where all the bricks have the same square shape but different content. Each square carries a letter. To make squares disappear and save space for other squares you have to assemble English words (left, right, up, down) from the falling squares.

boggle

Boggle gives you 3 minutes to find as many words (3 letters or more) as you can in a grid of 16 letters. You can also try the grid of 16 letters. Letters must be adjacent and longer words score better. See if you can get into the grid Hall of Fame !

English dictionary
Main references

Most English definitions are provided by WordNet .
English thesaurus is mainly derived from The Integral Dictionary (TID).
English Encyclopedia is licensed by Wikipedia (GNU).

Translation

Change the target language to find translations.
Tips: browse the semantic fields (see From ideas to words) in two languages to learn more.

last searches on the dictionary :

computed in 0.016s


 » 

analogical dictionary

fix, fixatefixeren - tethertuieren, vastmaken - fastenvastmaken, vestigen - hingescharnieren - bellburlen - band, ringringelen, ringen - couple, couple on, couple upvastkoppelen - affix - bind, fasten, knot together, link, strap, tie, tie upbinden, inbinden, knopen, samenknopen, strikken, vastbinden, vastknopen, vaststrikken - catch, hitchvastkoppelen, vastraken, vastzitten - append, hang on, tack, tack on, tag onachternalopen - add on, affix, append, supplementbijdoen, bijvoegen, erbij doen, toevoegen - tapevastbinden - glue, pasteplakken, vastkitten, vastkleven, vastplakken - peg, peg downmet wasknijpers ophangen, pennen, vastpennen, vastpinnen - attach, fasten, fix, mount, secureaanhechten, beleggen, bevestigen, ophangen, opzetten, vangen, vasthechten, vastleggen, vastmaken, vastzetten, verbinden, vestigen, zetten - mountaanzetten, monteren - affix, stick onvasthechten - nailbespijkeren, inklinken, inkloppen, klinken, nagelen, spijkeren, vastnagelen, vastspijkeren - hook updichthaken - clipvastklemmen - enter, infix, insert, introduceinleiden - yokeaanspannen, bespannen, inspannen, spannen, voorspannen - harness, tacklebespannen, harnassen, optuigen, tuigen - link, yokeinspannen - saddle, saddle upopzadelen, zadelen - brand, flag, label, mark, tagbestempelen als, etiketteren, kenmerken, markeren, merken, van een etiket voorzien - limber, limber up - pin down, traphouden aan[Spéc.]

attachment, fastening - affixation, attachment - attachableaanhechtbaar[Dérivé]

detachloskoppelen, onthechten, ontkoppelen[Ant.]

aanhangen (v.) • aankoppelen (v. trans.) • affix (v.) • attach (v. trans.) • bevestigen (v.) • hechten (v.) • knopen (v.) • vasthechten (v.) • vastmaken (v.)

-